Het logboek aan- en uitzetten

Je kan de acties die gebeuren in SCORE bijhouden in een logbestand. Met de resultaten kan de begeleider de communicatie analyseren en verbeteringen aanbrengen.

Bijvoorbeeld: De begeleider stelt via het loggen vast dat bepaalde vakjes veel of weinig werden gekozen door de gebruiker. De begeleider kan op basis van deze loginformatie de communicatiekaart bijsturen.

  1. Kies Instellingen.
  2. Kies Logboek.
    Het wachtwoord-dialoogvenster verschijnt.
  3. Kies de cijfers van het wachtwoord en bevestig met . Het standaardwachtwoord is 1234.
    Het dynamische blok en de vakjes eronder dienen nu respectievelijk als het logboek en de logboekfuncties.
  4. Kies één van de volgende functies:
    • logboek aan, om het loggen aan te zetten.
    • logboek uit, om het loggen uit te zetten.