Activeren: aan |
Om het notitievak te activeren. Je kan schrijven in het
notitievak. |
Activeren: aan/uit |
Om te wisselen tussen schrijven in het notitievak (actief) en NIET
schrijven in het notitievak. |
Activeren: uit |
Om het notitievak te deactiveren. Je kan NIET schrijven in het
notitievak. |
Afdrukken |
Druk de inhoud van het notitievak af. |
Opslaan als |
Om de notitie op te slaan in een bestaand vakje. |
Opslaan als 'x' |
Om de notitie op te slaan als een apart bestand. Geef in onder welke
naam het moet worden bewaard. |
Opslaan in vakje |
Om de notitie op te slaan in een leeg vakje. |
Aan zinsvoorspelling toevoegen |
Om de notitie toe te voegen aan de zinsvoorspellingslijst. |
Correctie |
Om het woord of symbool dat het laatst werd toegevoegd aan de
notitie te verwijderen. |
Cursor: End |
Om de cursor naar het einde van de notitie te verplaatsen. |
Cursor: Home |
Om de cursor naar het begin van de notitie te verplaatsen. |
Cursor: Links |
Om de cursor één plaats naar links te verplaatsen. |
Cursor: Omhoog |
Om de cursor één plaats naar omhoog te verplaatsen. |
Cursor: Omlaag |
Om de cursor één plaats naar omlaag te verplaatsen. |
Cursor: Rechts |
Om de cursor één plaats naar rechts te verplaatsen. |
Echo: aan |
Om de echofunctie te activeren, waarbij elk woord of item dat je
toevoegt aan de notitie onmiddellijk wordt uitgesproken. |
Echo: uit |
Om de echofunctie uit te schakelen. Woorden of items die aan de
notitie worden toegevoegd worden niet onmiddellijk
uitgesproken. |
Hoofdletter: aan/uit |
Om het item voor de cursor met een hoofdletter weer te geven of niet
weer te geven. |
Hoofdletter: aan |
Om het item voor de cursor met een hoofdletter weer te
geven. |
Hoofdletter: uit |
Om het item voor de cursor zonder hoofdletter weer te
geven. |
Items wisselen |
Om de 2 items voor de cursor te wisselen van plaats. |
Kopiëren naar klembord |
Om de inhoud van de notitie te kopiëren naar het klembord. |
Lees alinea |
Om de alinea te lezen. |
Lees alles |
Om de volledige inhoud van de notitie te lezen. |
Lees item |
Om het item vóór de cursor te lezen. Het item kan een karakter zijn
of een volledig woord. |
Lees woord |
Om het woord vóór de cursor te lezen. |
Lees zin |
Om de zin waar de cursor in staat te lezen. |
Nieuwe Lijn |
Om een nieuwe regel toe te voegen aan de notitie. |
Ongedaan maken |
Om de laatste acties in het notitievenster ongedaan te maken. Je kan
tot 10 acties ongedaan maken. |
Openen |
Om een notitie te openen, die werd bewaard via de actie Opslaan als. Klik op het vakje met de actie Openen en klik vervolgens op het vakje waar je de notitie hebt
bewaard. |
Openen 'x' |
Om een notitie te openen die werd bewaard onder een specifieke naam.
De naam van de notitie werd gedefinieerd in het vakje met de actie
Opslaan als 'x'. |
Opslaan als |
Om de notitie te bewaren in een vakje met inhoud. |
Opslaan als 'x' |
Om de notitie te bewaren als bestand. Via de actie Openen 'x' kan de bewaarde notitie worden opgehaald. |
Opslaan annuleren |
Om de voorgaande actie Opslaan als of Opslaan in vakje te annuleren. |
Opslaan in vakje |
Om de notitie te bewaren in een leeg vakje. |
Plakken uit klembord |
Om de inhoud van het klembord in de notitie te plakken. Bijvoorbeeld
een stuk tekst die werd gekopieerd op het internet kan worden geplakt in
de notitie. |
Typ: Punt (.) |
Om een punt toe te voegen aan de notitie én om de grammaticafunctie
te resetten. |
Typ: Spatie |
Om een spatie toe te voegen. Je kan ook gewoon de spatie als tekst
invoeren. |
Typ: Uitroepteken (!) |
Om een uitroepteken toe te voegen aan de notitie én om de
grammaticafunctie te resetten. |
Typ: Vraagteken (?) |
Om een vraagteken toe te voegen aan de notitie én om de
grammaticafunctie te resetten. |
Wis alles |
Om de volledige notitie te wissen. |
Wis karakter |
Om het karakter voor de cursor te wissen. |
Wis woord |
Om het woord voor de cursor te wissen. |
Wis zin |
Om de zin voor de cursor te wissen. |
Woorden samenvoegen |
Om de 2 woorden die voor de cursor staan, samen te voegen. |